Vertaal
Vertalingen in elkaar zetten NL>DE
in elkaar zetten (ww.) montieren (ww.) ; versammeln (ww.) ; zusammenbauen (ww.) ; zusammensetzen (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `in elkaar zetten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: assembleren